6.1 Continu verbeteren
Samen opleiden betekent ook met elkaar de opleiding blijvend verbeteren. Iedere opleiding heeft, in overeenstemming met zijn eigen instelling een kwaliteitssysteem waarmee de kwaliteit van de opleiding wordt bewaakt en volgens de PDCA continu verbeterd. In de regionale samenwerking delen we de uitkomsten hiervan tijdens onze gezamenlijke overleggen. Dit doen we minimaal 1x per jaar. Een onderdeel van de kwaliteit is het zorgdragen voor didactische professionalisering van de opleidingsgroep. Alle cardiologen die participeren in de opleiding, superviseren de aiossen bij hun (poli)klinische) activiteiten, in diensten, en nemen actief deel aan overdrachten en opleidings- en onderwijsmomenten. Om hun taak als opleider zo goed mogelijk te kunnen vervullen of om de vaardigheden op dit gebied te verbeteren, volgen de leden van de opleidingsgroep regelmatig nascholing, zoals bijvoorbeeld Teach-the-Teacher trainingen.
Ook hiertoe zijn de bestaande lokale afspraken afdoende. Wanneer relevant zal er op regionaal niveau door opleiders gezamenlijk scholing worden geïnitieerd als dit de regionale samenwerking nog verder kan vergroten.
6.2 Veiligheid van de opleiding
Tijdens de opleiding kunnen er problemen of conflicten ontstaan, die het welbevinden en de voortgang van de opleiding van de aios negatief kunnen beïnvloeden. Afhankelijk van de aard van het probleem of conflict zijn er verschillende manieren waarop de aios hulp kan krijgen om een probleem of conflict zo goed mogelijk op te lossen. Welke manier wordt gevolgd, hangt uiteraard deels samen met de aard van het probleem en de mate van vertrouwelijkheid die hierbij nodig is.
De aios kan zich primair tot de opleider of diens plaatsvervanger richten, maar kan ook te rade gaan bij zijn/haar buddy (een ouderejaars aios), de mentor, een van de leden van de opleidingsgroep of een vertrouwenspersoon. Vertrouwenspersonen zijn in alle ziekenhuizen/opleidingsklinieken aanwezig. Zie hiervoor de regelgeving in de betreffende instelling en het lokale opleidingsplan voor nadere invulling hiervan. In enkele gevallen kan het nodig zijn professionele, externe begeleiding of coaching in te schakelen. Eventueel kan in overleg met de (plaatselijk) opleider worden gekozen voor aanpassing van het werkrooster of een time-out periode.
6.3 Regionale samenwerking en opleidingsevaluatie
In de toekomst zal Regio Groot Amsterdam ervoor kiezen om gezamenlijk de opleidingsevaluatie te doorlopen. Nadere afspraken hierover zullen dan worden gemaakt. Een belangrijk onderdeel van deze opleidingsevaluatie is de toetsing van de zogenaamde governance van Regio Groot Amsterdam. Deze governance betreft afspraken hoe we binnen de regio de opleiding met elkaar organiseren, waarover we afspraken maken, verantwoording over afleggen en hoe we komen tot besluitvorming. Een belangrijk element is ook wat te doen bij onderlinge geschillen of minder functioneren: kunnen we dit onderling goed bespreken en weten we wanneer we e.e.a. moeten escaleren en naar wie. Voor de governance verwijzen we naar bijlage 2.
6.4 Evaluatie en actualisatie regionaal opleidingsplan cardiologie
Regio Groot Amsterdam hecht waarde aan structurele evaluatie en bijstelling van het opleidingsplan. De uitgangspunten en teksten in dit opleidingsplan zijn op een dusdanig niveau opgesteld dat wijzigingen in de beroepspraktijk niet direct van invloed zijn op de inhoud van de opleiding. Iedere twee jaar zal op basis van evaluatie-uitkomsten (door aios geïnventariseerd uit de lokale diverse stage beoordelingen en opleidingsvergaderingen) dit opleidingsplan indien nodig worden bijgesteld.